Naar de hoofdinhoud
Logo image

Sectie 1.4 Hoe werkt het spel?

Het spel wordt gespeld in teams van 3 spelers. Elk speler krijgt een andere rol: Wonen, Economie of Natuur en Milieu. Elke team krijgt dezelfde, tweedelige opdracht: in de wijk moeten meer woningen en bijbehorende voorzieningen zoals scholen en winkels gebouwd worden (bouwopdracht). Tegelijkertijd moet de wijk aangepast worden aan de veranderende klimaat (klimaatadaptatie).
Om dat te bereiken moeten de spelers verschillende maatregelen toepassen: verschillende soorten gebouwen bouwen, bomen planten, groene daken aanleggen, etc. De maatregelen in het spel worden verdeeld over de drie rollen. Sommige maatregelen kunnen door iedereen toegepast worden, bijvoorbeeld ’bouwrijp maken’ of ’groen dak leggen’. Andere maatregelen, zoals woningen of winkels bouwen horen bij één van de drie rollen. Om tot een goed en evenwichtig ontwerp te komen, moeten de spelers goed overleggen.
Daarnaast moeten er compromissen gesloten worden. De klimaatadaptatie en de bouwopdracht staan op gespannen voet met elkaar. De bouwgrond is ook schaars. De spelers leren dat niet alles tegelijk kan en dat er keuzes gemaakt moeten worden.
Elk team heeft een eigen 3D-wereld die ze met elkaar delen. Wat de ene doet is binnen een paar seconden zichtbaar bij de anderen.
De teams concurreren met elkaar voor de hoogste score. De score wordt gebaseerd op het aantal bijgebouwde woningen (met voorzieningen) maar ook op klimaatadaptatie-indicatoren, zoals wateroverlast en hittestress (zie ook Sectie 1.7). De scores worden direct gestuurd naar de scorebord bij de begeleider (Master of Ceremony) en kunnen live getoond worden op een grote scherm. Dat maakt het spel spannend en motiveert de spelers, vooral op middelbare scholen.
Afbeelding 1.4.1. Live scores op het scherm tijdens de sessie op Berlagelyceum in Amsterdam.